Onderwerp: Degeneratie en
regeneratie
Wat bepaalt dat een lichaam
degenereert? Waarom worden we ouder en is dat fysiologisch of juist
pathologisch?
Degeneratie=van je genen af,
Regeneratie=naar je genen toe.
Het verouderingsproces bij de
mens is een genetisch proces.
Ouderdomsaandoeningen, ziekten
die met de genen te maken hebben, verworvenheden waarmee je geboren bent??
Waarom gaan we eigenlijk dood
als we steeds kunnen regenereren? Er zit dus blijkbaar een beperking op dit
vermogen tot regeneratie.
Hoe vaak kan een lichaam
regenereren en wordt dit vertraagd of versneld door allerlei processen.
Er zijn verschillende
verouderingssystemen met allemaal hun eigen kenmerken:
Telomeerverkorting VS1
Oudste verouderingssysteem is
verantwoordelijk voor bepaling maximale levensduur.
De natuurlijke uiteinden
(zegels) van chromosomen. Kunnen slechts een beperkt aantal malen
regeneratieproces op gang brengen.
Bij uitputting van de telomeren
(verkorting) is er geen regeneratievermogen meer van de cellen. Lengte van
telomeer is bepalend.
De telomeren zorgen dat de
structuur van het DNA goed blijft. Ze zorgen voor het overleven van de
chromosomen en dus de cellen. Het maximaal aantal celdelingen wordt de Hayflick
limiet genoemd.
Door toedoen van het enzym
telomerase kan telomeer weer synthetiseren. Helaas heeft de mens maar beperkte
telomerase. Telomerase zien we bv. wel in stamcellen (beenmerg), epitheelcellen (darmwand),
delende myocieten in hartspier.
Oxidatieprocessen in het lichaam
vormen een belangrijke belasting op de telomeren. Hierdoor ontstaan onnodig
veel celdelingen.
Mitochondriale veroudering VS2
Dit degeneratieve proces wordt
basaal gekenmerkt door te weinig energie.
Organen met een relatief hoog
energieverbruik zijn hier erg gevoelig voor.
Hersenen, hart- en bloedvaten,
ogen, lever, nieren, skeletspieren.
Het gaat hierbij vooral om het
disfunctioneren van mitochondriën door mutaties mtDNA (mitochondriaal DNA).
mtDNA alleen doorgegeven door de moeder.
Vader bepaalt niets want
spermatozoïden hebben zo goed als geen mitochondriën.
Mutaties op het MtDNA hebben
verouderingssymptomen als doofheid, blindheid, speratrofie en
neurodegeneratieve afwijkingen.
Ziektebeelden veroudering MtDNA
oa. Parkinson, Alzheimer. Hersenen meest gevoelig voor MtDNA.
Stoffen: L Carnitine , essentieel voor integriteit MtDNA
Alfaliponzuur,
bescherming MtDNA tegen schade en antioxidatief effect
Q10,
cofactor energiestofwisseling mitochondriën, antioxidatief effect,
Stabiliseert
mitochondriale membranen
N
Acetyl Cysteïne, belangrijkste beschermer algemeen DNA en MtDNA
Ginkgo
Biloba, bescherming mitochondriën op veroudering.
Bij een tekort aan energie
krijgen we problemen met ons MtDNA, cruciale therapie is dan L Carnitine en Q10.
Mutatie accumulatie VS3
Mutaties op nucleair DNA en
MtDNA zijn normaal een dagelijks proces. De meeste mutaties worden onschadelijk
gemaakt met zgn. care-taker genen. Neutrale mutaties doen echter geen beroep op
de care-taker genen. Neutrale mutaties hebben in eerste instantie invloed op
weefsels en organen. Bij interactie van meer mutaties, veranderingen in het
methylatiepatroon, door hypermethylatie worden deze neutrale mutaties niet meer
verwijderd en er ontstaat een mutatie accumulatie. Deze mutaties vinden oa.
tijdens de zwangerschap veel plaats.
Meer mutaties dan 50 jaar
geleden (stress, voeding, milieu). Er vindt een steeds snellere opstapeling van
mutaties plaats. Hoe snel kunnen we ouder worden.
De helft van alle mutaties vindt
plaats in de groeifase (baarmoeder).
Genexpressie veroudering VS4
Methylatie is deactivering van
genen
Demethylatie is activatie van
genen
Belangrijke factor is de aanwezigheid
van CH3 methylgroepjes en foliumzuur.
Methylatie is een dynamisch
proces afhankelijk van een aantal factoren (endogeen, hormonen, vrije
radicalen, antioxidanten, enzymen) en (exogeen, roken, alcohol, voeding,
beweging, stress, slaap).
Geprogrammeerd methylatiepatroon
bepaald door processen als genomic printing (moeder) en metabolic printing.
Demethylatie vangt bij begin van leven aan en schrijdt progressief voort
tijdens groeifase en daarna lineair tot de dood. Demethylatie percentage van de
mens volgens de Hayflick limiet is 0,0005% per dag (levensverwachting 120-145
jaar).
Demethylatie snelheid bepaalt
het verouderingsproces van een mens.
Veel methylatieverlies vooral
tijdens celdeling. Totale Demethylatie bereiken we na 70-140 celdelingen. De
Hayflick limiet wordt geschat op 50 celdelingen.
Naast geprogrammeerde
demethylatie kan ook pathologische demethylatie optreden.
Foliumzuurtekort geeft demethylatie
van DNA in hersencellen en een geringe deficiëntie geeft een factor 3 verlies
van methylatie.
Patiënten met foliumzuurtekort
en demethylerend DNA in de hersencellen zijn vaak patiënten met psychiatrische
aandoeningen of epilepsie patiënten.
Ook geeft foliumzuurdeficiëntie
een verlaging van SAM in hersenvloeistof en hersencellen.
SAM is donor van CH3 groepjes
nodig voor methyleringsprocessen.
Ook slaapproblematiek is vaak
een degeneratieve aandoening omdat er een tekort aan SAM is kan het
methyleringsproces van serotonine naar melatonine niet plaatsvinden. Er is een
tekort aan CH3 groepjes.
Grijs haar is een vorm van
slecht methyleringsproces (foliumzuurtekort, SAM tekort).
Auto Immuun ziektebeelden worden
ingezet door verkeerde methyleringsprocessen. Genen reageren verkeerd.
Waarschijnlijk is er een tekort aan CH3 groepen dus te weinig methylering.
Demethylatie proces loopt niet goed.
Ouderdomsverschijnselen of
symptomen: Grijs haar, Alopecia, Verlies onderhuids bindweefsel,
hypergonadisme, hypermelanose van de huid.
Aandoeningen: Xoxa valga,
Kopnecrose, Arteriosclerose, Hypertensie, Calcificatie van de hartkleppen,
Auto-immuunziekten, Displastische osteoporose.
Mitochondriale disfunctie en mitochondriale apoptose (natuurlijke
celdood) VS5
Vrije radicalen en vrije
radicaal hormonen geven demethylatie van DNA, terwijl antioxidanten en
antioxidatieve hormonen remethylatie kunnen geven.
Versnelde apoptose van
huidcellen kennen we bv. als psoriasis.
Acute stress geeft een
dramatische verhoging van hormonen als cortisol, noradrenaline, adrenaline en
prolactine, hormonen die in staat zijn om cellen aan te zetten tot versnelde
apoptose.
Door deze versnelde apoptose ontstaat
meer energiegebruik (energieverlies in vorm van ATP)
Er moet meer ATP aangemaakt
worden en er ontstaan veel vrije radicalen (demethylatie).
ATP gebruik in mitochondriën
gaat gepaard met vorming van vrije radicalen.
Door dit verhoogde ATP krijgen
we meer demethylatie.
Mitochondriale disfunctie door
oa. oxidatieve overbelasting, ATP tekort, medicijngebruik, virale belasting,
schade aan celmembraan.
Schade aan celmembranen door oa.
suikers, cholesterol, bloedsuiker, te weinig antioxidanten, stress, te weinig
slaap.
Energie en antioxidanten staan
heel centraal in het hele verhaal.
Hoe sneller de neutralisatie van
oxidanten verloopt, hoe meer er nog reparabel is. De overgebleven schade leidt
onherroepelijk tot disfunctionerende mitochondriën.
We zien een spectaculaire
stijging van VS 5 type verouderingsbeelden.
De oplossing???? Vakantie, minder stress.
VS5
symptomen: Spieratrofie, neuronale
degeneratie, hersenatrofie, basale ganglion calcificaties
VS5
aandoeningen: Staar, Diabetes,
Mitochondriale alzheimer, mitochondriale myopatie, overerfbare mitochondriale
ziektebeelden
Mitochondriale apoptose wordt getriggerd door schade aan het
mitochondriale membraan via stoornissen in de oxidatieve balans, calcium
overload en stoornissen in de energiehuishouding.
Calcium heeft met het mineraal magnesium te maken. Magnesium
is oa. van groot belang voor de vorming van ATP.
Deze apoptose geeft een groot aantal degeneratieve
ziektebeelden van het centrale zenuwstelsel
Schade aan het buitencelmembraan vooral veroorzaakt door
super oxide radiaal.
SOD = Super Oxide Dismutase wordt aangemaakt in de lever en
is in staat om mitochondriale apoptose te inhiberen bij een verouderd hart,
centraal zenuwstelsel, skeletspieren en beschadigde fibroblasten in de huid.
Het is een van de belangrijkste antioxidanten en beperkt de mitochondriale
apoptose.
Mariadistel helpt ook bij regeneratie en is een belangrijke
ondersteuner van de lever. Bestrijding van super oxide radialen.
Ook hormonen spelen een belangrijke rol en hebben naast hun
fysiologische functie een oxidatief of antioxidatief effect.
Een unieke rol is weggelegd voor melatonine als antioxidant.
Deze blijft zelf stabiel.
Melatonine vangt 2x zoveel waterperoxide radicalen als
vitamine E.
SAM is een belangrijke methyldonor, naast foliumzuur en
vitamine B6 en B12.
Apoptose veroudering
– somatische atrofie VS6
Metamorfose is een acuut demethyleringsproces vanuit massale
apoptose van verschillende weefsels om nieuw weefsel te creëren. Na massale
demethylatie worden de apoptose genen geremethyleerd. De genen voor mitose
(celdeling) moeten in een demethylatiestatus blijven om
celdeling/weefselvorming mogelijk te maken.
Een woekering van cellen is een oncologisch proces.
De organen met de meeste zuurstofbehoefte (hersenen, ogen)
hebben een hoge vrije radicalen druk op de haarvaten (vb. staar).
VS6 verschijnselen zijn oa. spieratrofie, neuronale
degeneratie, hersenatrofie, slechte wondgenezing, huidulcers, atrofie van
thymus, schilferige huid, hypogonadisme.
Ouderdomsaandoeningen zijn oa. staar, diabetes, alzheimer,
artritis, perifere osteoporose.
Activatie van VS6 vooral vanuit mitochondriën. De
mitochondriale energieproductie neemt geleidelijk af. Bij vrouwen is de invloed
groter door de negatieve invloed van oestrogeen op L Carnitine. In de richting
van de overgang ontstaat een piek in oestrogeen. Vrouwen in de overgang zijn
dus vaak erg moe. L Carnitine is ook nodig voor een optimale vetverbranding.
Daardoor komen vrouwen in de overgang vaak in problemen met hun vetverbranding.
Kunnen vrouwen niet afvallen dan moet de energietoevoer naar
de mitochondriën verhoogd worden door de inzet van L Carnitine. Bij te weinig
vetverbranding, zoals in de menopauze, is de suppletie van L Carnitine prima om
de vetverbranding op gang te brengen.
Ook de stof DHEA
(Dehydroepiandrosterone) heeft ook invloed op de mitochondriale functies via
directe activatie van het gen voor ATPase productie. DHEA wordt ook gebruikt
als middel tegen veroudering, anti aging. Veroudering heeft constante verlaging
van DHEA tot gevolg. Bij mannen loopt de afname lineair en bij vrouwen is er
een 40% acute DHEA daling rond 50-60 jaar. Daarmee ontstaat dus ineens een
grote verandering in de energielevering van de cel.
Vooral problemen voor energie gevoelige weefsels en organen:
alvleesklier, bewegingsapparaat, centraal zenuwstelsel.
Door energietekort ontstaat een massale apoptose tijdens de
menopauze.
Dit leidt dan vaak tot veel vrouwelijke degeneratieve
ziektebeelden na deze periode als gevolg van dit energietekort. Altijd dus
vragen naar overgang. Opvlieger, zweten duidt op problemen met oestrogeen
(inzet oa. van L Carnitine).
Hormonale veroudering
VS7
Deze methode is gebaseerd op een aantal fysiologische
veranderingen van hormoonproductie.
Er zijn antioxidant werkende hormonen, remethylerend, zoals
melatonine, groeihormoon, DHEA en testosteron.
Oxidatief werkende hormonen, demethylerend, zoals LH, FSH,
Cortisol, Glucagon en Catacholomines.
Gevoelige organen bij de man zijn de prostaat en gonaden.
Bij een succesvolle veroudering langzamerhand atrofie en bij versneld proces
ontstaat hyperplasie prostaat of prostaatkanker.
Succesvol verouderen bij de vrouw bij langzame atrofie
voortplantingsorganen. Een acute activatie ontstaat bij acute verlaging DHEA,
daling groeihormoon, stijging van LH of cortisol.
VS7 symptomen en aandoeningen: menopauze, borst, uterus en
borst, uterus en ovaria kanker, prostaatatrofie en prostaatkanker, depressie
VS4 en 7: arteriosclerose,
hypertensie, grijs haar, alopecia, hartklepcalcificatie, verlies onderhuids
bindweefsel, hypermelanose huid, hypergonadisme (vooral bij man).
VS4 en 7: Spieratrofie,
neurale degeneratie, hersenatrofie, basale ganglion calcificatie, slechte
wondgenezing, huidulcers, atrofie thymus, schilferige huid, staar, diabetes,
alzheimer, artritis, perifere osteoporose (vooral bij vrouw).
Ook slikken van de pil betekent voor vrouwen versneld
verouderen.
Relatie groeihormoon en VS7 (LH)
Productie van groeihormoon boven 50 = 0. Er is geen
groeihormoon meer en dus geen regeneratievermogen. De symptomen van deze
minimalisering zien we oa. in abdominaal vet, verhoging cholesterol en afname
van botdichtheid.
Wanneer we groeihormonen suppleren verdwijnen de symptomen
maar de kans op kanker neemt aanzienlijk toe. De stimulatie van lichaamseigen
groeihormoon is totaal schadeloos.
Groeihormoon stimulatie door middel van L-arginine, seqoia
gigantea en beweging.
Groeihormoon deficiënties
Kracht: Spierkracht,
spiermassa, flexibiliteit, verlies aerobe capaciteit
Bindweefsel: Rimpelvorming,
verlies onderhuids bindweefsel, haaruitval
Lichaam: Vetopslag,
abdominaal vet, cholesterol
Permeabiliteitsveroudering
VS8 Veroudering op weefselniveau
Dit is het proces van het verliezen van functie en vorm van
belangrijke barrières. Bloed-hersen barrière, bloed-orgaan barrière, bloed-darm
barrière, cellulaire membraan, membraan
Intracellulaire organellen en membraan celkern.
Groepen voedingsstoffen die de bloed-hersen barrière in
stand houden zijn oa. flavonoïden, BCAA’s (leusine, isoleusine en valine) en
zwavelhoudende aminozuren.
De aanwezigheid van zgn. tight junctions zorgen voor het in
stand houden van een mechanische barrière. Problemen met deze tight junctions,
die via zwavelbruggen zorgen voor extra contractie en het hermetisch sluiten,
verstoren de circulatie en maken de weg vrij voor vrije radicalen (zware
metalen, fake hormonen). De hersenen gaan hierdoor degenereren.
Het verlies aan functie van de bloed-hersen barrière zorgt
voor degeneratieve ziektebeelden op hersenniveau.
Ontstekingsveroudering
VS9
De functie van het immuunsysteem neemt af met de leeftijd.
Primaire verandering (epi)genetisch en secundaire verandering binnen het
immuunsysteem (exogeen).
Veel ontstekingspathologie gepaard met pijn (ontsteking).
PG2 speelt belangrijke rol.
De functie van pijn en ontsteking is regeneratie en
reparatie. Het proces van lichaamsherstel wordt in werking gezet.
Oorzaken van ontstekingsveroudering: Trauma, virussen en
bacteriën, toxinen, overbelasting, teveel omega 6, oxidatie en stress.
Ziektebeelden oa. artrose en artritis.
Stress is een sympathische activiteit (nucl.factor kappa
beta). Cox aanmaak, welke sympathicus activiteit moet uitdoven. De HPA as moet
actief worden. Het cortisol gaat omhoog en de ontsteking dientengevolge omlaag.
Remming van symphaticus. Bij voortdurende stress kan dan uitputting van de
bijnier ontstaan.
Plantaardig gebruik omega 6 via archidonzuur –PG2. Er is 30
x meer omega 6 dan omega 3
in ons lijf.
Normale atrofie van thymus (1% celverlies per jaar). Kans op
immuunsysteemziekten bij ouderen wordt steeds groter.
Auto immuunziekte vergroting gebaseerd op 3 basisfuncties
immuunsysteem:
Onderscheiden lichaamseigen en lichaamsvreemd, in stand
houden hoogspecifieke immuunreactie en ontwikkelen en in stand houden
immunologisch geheugen.
Interventie voor behoud immuunsysteem via voeding: Vette vis
(omega3), paddenstoelen (lovasatine=vermindering cholesterol), carnosine (AGE
neutralisatie=voorkomen thymus atrofie, voorkomen ER stress), zinkorotaat
(verhoging Il2 en 3, voorkomen thymus atrofie), cimicifugua racemosa (DNA
methylator, remming FSH en LH), beweging.
Cimicifugua racemosa wordt ook vaak gebruikt in de overgang.
Exogene oorzaken: Onder-/overvoeding, medicijngebruik en
alcohol.
Neurovegetatieve
veroudering VS10
Verschijnselen: Verminderde
HRV, verhoogde waakzaamheid, verminderde pijn gevoeligheid, huidatrofie,
verminderde zweetcapaciteit, droge ogen, verminderde immuunreactie, verminderde
longcapaciteit.
Aandoeningen: Hartinfarct,
slapeloosheid, ulcers, heatshock, staar, glaucoom, kanker, auto-immuunziekten,
emfyseem, nierinsufficiëntie, acute allergieën, ademhalingswegenziekten.
Verhoogde noradrenaline receptor gevoeligheid waardoor
orgaan specifieke veranderingen optreden. Gevolg is ook verhoogde vermenging
van LDL cholesterol in celmembraan.
Dit geeft oxydatie in de celmembraan waardoor celmembraan veel
minder vloeibaar is.
Gevolgen voor uitwisseling van stoffen. Adaptogene
capaciteit van cellen wordt minder.
Het lichaam moet voor het behoud van haar homeostase een
voortdurend adaptogeen vermogen hebben.
Wanneer de HPA as geactiveerd wordt (cortisol ++) wordt de
sympathicus weer omlaag gebracht. Overprikkeling noradrenaline receptoren.
Problemen vooral voor hart en bloedvaten en immuunsysteem.
Ribes Nigrum kun je inzetten om het cortisol te balanceren
om uitputting van de bijnieren te voorkomen.
Interventies: Vette
vis (vloeibaar houden celmembraan), SAM (idem), sojaproducten (remethylatie),
bosvruchten, champignons (remethylatie), kerrie (cortisol like effect door
curcumine),Carnosine (herstel adaptogene capaciteit), Vitamine E (antagonist
cortisol).
Beweging (cortisol regulatie).
Calcium Stress
veroudering VS11
Stressveroudering betreft de functie van aantal organellen
waarbij het endoplasmatisch reticulum (ER) een belangrijke rol speelt. ER heeft
een belangrijke rol bij activering bepaalde proteïnen (genetische activatie).
Gezond ER zorgt voor afbraak pathologische eiwitten.
Stoornissen in ER leidt vaak tot ernstige ziektebeelden door
foute proteïnevouwing.
Deze proteïnen worden na activatie van DNA gevormd binnen de
ribosomen in een primaire structuur en daarna verdere vouwing in het ER.
Vouwing mogelijk door calcium afhankelijke enzymen binnen ER
(chaperonnes).
Meeste proteïnen pas actief als ze correct zijn uitgevouwen.
Procesbegeleiding door calciumafhankelijke enzymen. Stoornissen in ER = ER
stress.
Stoornissen geven aanleiding voor ER stress waarbij sprake
is van ongevouwen eiwitten (afunctioneel). Overschot aan intracellulair calcium
veroorzaakt overvouwing, tekort (vlakke eiwitten). Calcium/magnesium verhouding
normaal (Ca:Mg/4:1).
Stress geeft magnesiumtekort en onbalans in verhouding met
calcium. Stress betekent meer energie en dus meer ATP aanmaak. Overmatig
gebruik van magnesium.
Verstoringen op calciumbalans via: melk, karnemelk, yoghurt,
kaas.
Vorming van AGE’s (Advanced Glycation Endproducts) geeft ook
stoornissen in de ER.
AGE’s zijn geglycoliseerde eiwitten die niet geglycoliseerd
zouden mogen worden.
Oorzaken: Hoeveelheid intracellulaire glucose, tijdsduur
glucose aanwezigheid, hoeveelheid arginine en lysine, oxidatieve druk, cel Ph.,
chaperonne activiteit binnen ER
Aandoeningen door teveel AGE’s: Osteoartritis, Diabetes,
vasculaire ziektebeelden.
Interventies: Curcumine, samen met koffiezuur, zingerol en
capsaïsine in staat om ER stress 100% te counteren.
Conclusies: veroudering van de bloedbaan (VS4 t/m VS11)
zorgt voor verminderde doorbloeding van meerdere organen.
Verkeerde hormoonproductie zorgt voor versnelde veroudering
van eerst minder vitale organen (huid, nagels, bot, perifeer bindweefsel).
Tegengaan veroudering door behandeling van vitale organen
zoals hersenen, hart, endocriene organen en maag darmkanaal.
De huid is de spiegel van activatie van verouderingssystemen
(L. Pruimboom, de huid als spiegel van ziekte en gezondheid).
Beïnvloeding door: regulatie hormoonhuishouding, voorkomen
van AGE vorming, remethylatie interventies.
Behandelprotocol: Werkingsmechanisme: Doel:
Cimicifuga Racemosa Remming
FSH en LH Remethylatie
Regulatie
van receptoren
Carnosine Neutraliseren
van AGE’s AGE’s
reductie
Voorkomen
atrofie Behoud
van thymus
Regeneratie
endocriene organen
Zinkorotaat Productie
immuuntransmitters Hormoonregulatie
Vorming
van enzymen Remethylatie
Ph
regulatie Voorkomen
AGE’s
Curcuma Regulatie
ER stress Tegen
vouwfouten
AGE’s
reduceren
ATP
regulatie